Uit de tikmasjien (vandaag in diverse koeranten):
Herman Brood in Paradiso, héél raar
van onze verslaggever Jaap Stiemer
Pauze tijdens de opnames. Op het podium van Paradiso staan twee kale mannen naast elkaar. De ene heet Koos van Dijk. Hij was jarenlang de manager van Herman Brood. De andere heet Marcel Hensema. Hij speelt Koos van Dijk. Op de set van de film ’Wild Romance’ lopen fictie en werkelijkheid voortdurend door elkaar.
Paradiso Amsterdam, 1977. Showtime! Herman Brood moet het podium op, de band speelt al. Maar Herman heeft het iets te druk met een meisje in de kleedkamer. Manager Koos van Dijk brult dat het nu genoeg is geweest. Hij sleurt Herman mee, die in zijn haast de veel te nauwe stretchbroek van het meisje aantrekt. ’Saturday Night’ davert door de zaal, waar inmiddels het kookpunt is bereikt. Herman rent met halfopen broek het podium op, laat zijn handen over de pianotoetsen stuiteren en zingt over ’the neonlight of the open-all-night’. Een scène uit de film ’Wild Romance’ van regisseur Jean van de Velde. Het wordt een weergave van het leven van Herman Brood & his Wild Romance, eind jaren zeventig. Van de ontmoeting tussen kroegbaas Koos van Dijk en de merkwaardige zanger-pianist Brood in Winschoten, tot de rampzalig verlopen Amerikaanse tournee in 1979. Op 5 november volgend jaar, de dag dat Brood zestig zou zijn geworden, is de première.
Playbacken
Na een aantal draaidagen in Groningen is de set voor één dag in Paradiso opgebouwd. In de zaal honderden figuranten in jaren zeventig outfit. Al vanaf zes uur in de ochtend zijn ze in touw. Hoofdrolspeler Daniël Boissevain en de band vermaken het publiek tijdens de pauzes met het spelen van ’Another one bites the dust’, ’Hit the road jack’ en Broods grootste hit ’Never be clever’. Boissevain moet tijdens het filmen Brood playbacken, maar hier zingt hij even echt.
Zo’n dertig keer wordt ’Saturday Night’ deels gedraaid. Het publiek en de muzikanten op het podium worden in de pauzes natgehouden met plantenspuiten voor de juiste zweterige atmosfeer. Vooraan in het publiek een groep rolstoelers, die ’Herman’ uit zijn zicht wil hebben, omdat hij niet wil zien hoe hij er zelf over tien jaar bijzit. ’Koos’ regelt als de bliksem dat de gehandicapten met rolstoel en al op het podium komen.
Pieken
De echte Koos van Dijk, die het initiatief nam voor de film, vindt het maar vreemd dat hij hier niet alles zelf hoeft te regelen. ,,En voor mij is het ook héél raar dat er ’s ochtends al zo veel actie is. Want rock ’n’ roll, dat is ’s nachts.’’ Acteur Marcel Hensema: ,,Voor mij is het vreemd om iemand te spelen die nog leeft. Om Koos te spelen moet ik voortdurend pieken, want zelf ben ik véél rustiger dan hij.’’
Daniël Boissevain heeft erg goed naar Brood gekeken en geluisterd. ,,Zijn loopje, de manier waarop hij sprak en bewoog, ik heb het allemaal bestudeerd’’, zegt hij. ,,Ik ben er achter gekomen dat hij wel ingewikkelder in elkaar zat dan ik dacht. Ik kende hem van de optredens, ik realiseerde me nooit dat hij bijvoorbeeld heel verlegen was. Waar ik ook achter ben gekomen is dat hij écht leefde voor zijn muziek.’’
Nieuwe scène. ’I love you like I love myself’ wordt hard gedraaid. Acteur Maarten Rischen, die gitarist Dany Lademacher speelt, valt tijdens de solo op zijn knieën. Achter in de zaal loopt de echte Dany Lademacher binnen. Hij hoort en ziet zichzelf spelen, maar dan dertig jaar geleden. ,,Dit is héél raar’’, zucht hij en hij gaat er even bij zitten. Vlak naast hem staan de échte zoon van Koos van Dijk en de échte dochter van Herman Brood met elkaar te praten.
Terwijl het nummer doordendert wordt er water over het publiek gesmeten. ,,Tieten! Tieten! Tieten!’’, brult de regieassistent over de muziek heen, om meisjes die op schouders van jongens zitten te stimuleren hun borsten te laten zien. Daar zijn de tieten.
Het is bloedheet, vochtig en rokerig in de zaal. Een meisje wordt onwel en wordt door twee man naar buiten gedragen. Er staan geen camera’s omheen. Dan moet het echt zijn.